Conceptueel vermogen heeft competenties die gerelateerd zijn aan ‘denken’ en hangen sterk samen met intelligentie. Iedere competentie heeft een beschrijving. Deze kunt u gebruiken voor een Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP).
Lees ook over de andere Competenties en Ontwikkeltips: Beïnvloedend vermogen, Communicatief vermogen, Organisatiegerichtheid, Organisatievermogen, Persoonlijke gerichtheid & Relationeel vermogen.
Creativiteit
Competentie
In staat zijn om alternatieven te bedenken, buiten de bestaande kaders te treden.
Ontwikkelbaarheid
Deze competentie is moeilijk te ontwikkelen omdat creativiteit afhankelijk is van persoonlijkheidseigenschappen, opvoeding en onderliggende normen. Dit zijn zaken die niet gemakkelijk te veranderen zijn. De één is nou eenmaal ideeënrijker of fantasierijker dan de ander. Er zijn echter ook mensen die wel creatief zijn, maar waarbij bepaalde belemmerende gedachten als: ‘mijn idee moet meteen goed zijn’ of ‘ik heb geen ideeën’ ervoor zorgen dat de creativiteit niet tot uiting komt. Dan is het ‘slechts’ een kwestie van die gedachten wegnemen.
Doel
Benoem je doel: Waarin wil je creatiever worden en wat wil je, bijvoorbeeld over een jaar, bereikt hebben. Hoe ga jij je ontwikkeling op deze competentie meten? Bijvoorbeeld door het aantal ideeën dat je hebt te meten, of geregeld aan anderen te vragen wat zij vinden van je ontwikkeling op dit vlak.
Ontwikkelacties
Welke concrete acties ga je wanneer ondernemen, uitgesplitst naar de vier manieren om te leren?
Leren door kennis
Er is veel informatie beschikbaar over het onderwerp creativiteit in boeken, op internet of door middel van cursussen. Er is dus altijd wel iets te vinden dat qua toonzetting en inhoud aanspreekt. Enkele voorbeelden zijn:
Boeken
“Groots Denken: een creatieve kijk op oplossingen” door John O’keeffe
“A Whack on the Side of the Head: how you can be more creative” door Roger von Oech
“Het geheim van de smid” door Arie Maat
“Gebruik je hersens” door Jan-Willem van den Brandhof
Internet
http://www.leokrans.nl/psychologie/creativiteit-uitgebreid.htm
Cursussen/Workshops
Workshops ‘creatief denken’, ‘innovatie’, ‘inspiratie’ of ‘brainstormtechnieken’.
Leren door imiteren
Vraag aan anderen wat zij doen om hun creativiteit te vergroten. Neem de tijd om naar de visie en meningen van anderen te luisteren om zelf ideeën op te doen. Laat je inspireren, vooral door mensen die andere ideeën hebben dan jij. Observeer hoe het creatieve proces bij anderen werkt.
Leren door experimenteren
Experimenteer met deze competentie. Neem de rust om meerdere alternatieve oplossingen te bedenken alvorens je een beslissing neemt. Beleg bijvoorbeeld brainstormsessies met anderen, gun jezelf de tijd om je fantasie de vrije loop te laten. Daarbij is het belangrijk jezelf geen beperkingen op te leggen (het idee hoeft niet meteen perfect of praktisch haalbaar te zijn). In je vrije tijd kan je bijvoorbeeld aan een survivalweekend deelnemen, of je eens niet perfect voorbereiden op een uitje zodat je in onverwachte situaties terechtkomt en in feite gedwongen wordt innovatieve oplossingen te bedenken.
Leren door inzicht
Probeer erachter te komen waardoor je weinig creatief bent of vindt dat je je hierin moet ontwikkelen. Welke beperkingen leg je jezelf op die ervoor zorgen dat creatieve ideeën geen doorgang vinden? Vraag daarbij ook om feedback van anderen op dit punt. Verder is het, voor het vergroten van je creativiteit, belangrijk dat je openstaat voor nieuwe, in jouw ogen misschien rare dingen. Wees nieuwsgierig!
Stellingen
- Vertaalt klantenvragen in nieuwe originele benaderingen of concepten.
- Vindt innovatieve wegen om resultaten te verkrijgen.
- Zet nieuwe ontwikkelingen in gang.
- Ontwikkelt originele creatieve oplossingen voor concrete vraagstukken.
- Ontwikkelt nieuwe diensten en producten.
- Speelt met productontwikkelingen in op marktmogelijkheden.
- Heeft bij een vraag direct vele ideeën paraat.
- Treedt buiten de bestaande kaders, houdt niet vast aan vastgeroeste ideeën.
- Maakt anderen enthousiast voor nieuwe ideeën.
- Zorgt door creativiteit onderscheidend te zijn van concurrenten.
- Laat zich bij het ontwikkelen van nieuwe producten, in eerste instantie, niet afleiden door praktische zaken.
- Komt met verrassende invalshoeken.
- Komt tijdens een brainstormsessie met nieuwe ideeën.
- Combineert verschillende inzichten tot een nieuw idee.
- Zet losse ideeën van anderen om tot een samenhangend nieuw beeld.
- Werkt ideeën uit tot een eindproduct.
- Weet door prikkelende inzichten anderen aan te zetten tot meedenken.
Leervermogen
Competentie
In staat zijn om nieuwe informatie te verwerken en effectief toe te passen.
Ontwikkelbaarheid
Leervermogen is een moeilijk te ontwikkelen competentie, omdat het vermogen om te leren sterk samenhangt met intelligentieniveau. Intelligentie is op zich niet ontwikkelbaar. Wel kan iemand zijn of haar manier van leren verbeteren, waardoor het leervermogen toch kan toenemen. Uitstelgedrag of minder ‘studiediscipline’ kan ook een negatieve invloed hebben op de mate waarin iemand leert. Aan deze punten kan gewerkt worden. Daarmee neemt het eigenlijke leervermogen niet direct toe, maar is het wel mogelijk dat iemand toch beter informatie weet te verwerken en ook effectiever weet toe te passen.
Doel
Wat wil je sneller en beter kunnen leren, in welke situaties wil je sneller informatie kunnen verwerken en toe kunnen passen? Probeer voor jezelf duidelijk aan te geven wanneer je meer leervermogen wilt kunnen laten zien en probeer ook aan te geven hoe je dat meetbaar kunt maken.
Ontwikkelacties
Welke concrete acties ga je wanneer ondernemen, uitgesplitst naar de vier manieren om te leren?
Leren door kennis
Er is veel informatie beschikbaar over het onderwerp leervermogen in boeken, op internet of door middel van cursussen. Er is dus altijd wel iets te vinden dat qua toonzetting en inhoud aanspreekt. Enkele voorbeelden zijn:
Boeken
Er zijn vele boeken over studieplanning en over manieren om op een effectieve manier te leren. Ook ‘niet-studenten’ kunnen in deze boeken nuttige tips vinden die kunnen helpen bij het leren. Enkele voorbeelden zijn:
“Studieplanning” door H.C. Schouwenburg, J.T. Groenewoud;
“Studiemethoden” door B. van Hout Woltgers, P. Jongepier, A. Pilot
“Ik studeer wel op mijn eigen manier” door Joke Oosterhuis-Geers
Internet
http://www.psychfysio.nl/Nieuws/2_15_3.html
Leren door imiteren
Vraag mensen die over een goed leervermogen beschikken of zij over een bepaalde ‘leerstrategie’ beschikken, of over een bepaalde aanpak bij het verwerken van informatie. Op deze manier kun je soms nuttige tips krijgen waar jezelf niet zo snel aan zou denken, maar die toch ook voor jou toepasbaar kunnen zijn. Oefen vervolgens zelf met het toepassen van deze tips, kijkt wat voor jou wel of niet werkt.
Leren door experimenteren
Het kan soms makkelijker zijn om te leren door te doen, dan door het uit een boek of iets dergelijks te halen. Experimenteer eens door dingen te doen, zonder dat je de uitleg of de instructie hierover volledig hebt begrepen. Al doende kan men ook leren (zoals het spreekwoord zegt).
Daarnaast kun je natuurlijk experimenteren met de tips die je van anderen krijgt of die je uit boeken hebt gehaald.
Leren door inzicht
Gebruik vooral je ervaring om te leren. Neem dus ook de tijd om, als je iets hebt gedaan, je af te vragen wat je hiervan geleerd hebt voor een volgende keer. Kijk wat je kan helpen om bij een volgende keer vlotter de informatie te verwerken. Hoe meer je gedaan hebt, hoe vaker het voorkomt dat je nieuwe informatie kunt koppelen aan iets wat je al weet. Dat maakt het leren makkelijker.
Stellingen
- Is kritisch op eigen functioneren.
- Past nieuw verworven kennis, inzichten toe in dagelijkse praktijk.
- Leert als gevolg van het experimenteren met gedrag en eigen ervaringen.
- Kijkt naar het eigen functioneren en gaat daar een open gesprek over aan.
- Leert van fouten en past het geleerde toe.
- Weet gekregen feedback te benutten om beter te functioneren.
- Laat zich overtuigen door reële argumenten.
- Zoekt actief naar informatie om van te leren.
- Kan nieuwe informatie snel in zich opnemen, leert snel.
- Heeft een groot referentiekader en kan van daaruit zaken onthouden, interpreteren.
- Kan eigen gedrag veranderen op basis van leerervaringen.
Oordeelsvorming
Competentie
In staat zijn om een weloverwogen en juist oordeel te vormen op basis van informatie.
Ontwikkelbaarheid
Oordeelsvorming is als competentie moeilijk te ontwikkelen. Het heeft te maken met helder en genuanceerd kunnen denken en redeneren aan de hand van relevante criteria. Er bestaat een verband met het abstractievermogen en intellectuele capaciteiten. De geneigdheid om vanuit het eigen normenkader te denken is een beperkende factor.
Doel
Benoem de situaties waarin je tot een juist en doordacht oordeel wilt komen; wat is er voor nodig om hoofd- en bijzaken van elkaar te scheiden?
Hoe doe je recht aan de werkelijke situatie en kom je tot een realistische beoordeling? Breng je voldoende onderscheid aan tussen feiten en veronderstellingen?
Ontwikkelacties
Welke concrete acties ga je wanneer ondernemen, uitgesplitst naar de vier manieren om te leren?
Leren door kennis
Er is veel informatie beschikbaar over het onderwerp oordeelsvorming in boeken, op internet of door middel van cursussen. Er is dus altijd wel iets te vinden dat qua toonzetting en inhoud aanspreekt. Een voorbeeld is:
Leren door imiteren
Ga voor jezelf na wie in jouw directe omgeving tot een juiste inschatting van situaties weet te komen. Dit kunnen mensen zijn aan wie regelmatig gevraagd wordt wat zij van iets vinden. Zoek diegene op en kijk in een werkoverleg of klantbezoek welke conclusies hij of zij trekt op basis van de beschikbare informatie. Welke stappen heeft je collega gezet en zijn de getrokken conclusies realistisch?
Bespreek na afloop hoe iemand tot dat oordeel komt en welke gedachten en argumenten achter dit oordeel aanwezig zijn.
Leren door experimenteren
Pak een casus of situatie terug waarvan je naar jouw mening niet tot een juist of volledig oordeel bent gekomen. Stel een lijstje op met de feiten en een ander lijstje met de veronderstellingen of misschien wel vooroordelen die je had. Scheid voor jezelf hoofd- en bijzaken op papier. Doorloop het geheel nu nog een keer en kijk kritisch of het oordeel wat je hebt uitsluitend gebaseerd is op de feiten.
Aarzel niet om het proces van het vormen van een oordeel nog een keer te doorlopen, kijk welke informatiebronnen je gebruikt en tot welke conclusies je nu komt.
Leren door inzicht
Het kan zinvol zijn om een collega te vragen om tips. Hij of zij kan vragen aan jou welke argumenten je gebruikt om tot een oordeel te komen. Ook kun je op die manier nagaan of je steeds vanuit eenzelfde gezichtspunt oordeelt en of je logisch en juist redeneert. Vraag iemand met een tegengestelde mening om zijn oordeel en vraag wat zijn beweegredenen hier achter zijn. Het afwegen van informatie en het redeneren zijn verschillende stappen in het proces van oordeelsvorming. Vandaar dat het nuttig kan zijn om te evalueren waar voor jou de verbeterpunten liggen.
Stellingen
- Baseert oordelen en beslissingen op feiten en niet op veronderstellingen.
- Maakt een afweging van kosten en baten bij het nemen van besluiten.
- Houdt rekening met meerdere invalshoeken bij het nemen van besluiten.
- Houdt bij het nemen van beslissingen rekening met de haalbaarheid.
- Geeft op basis van observaties sterke en zwakke punten aan.
- Herkent snel en alert kansen en bedreigingen en speelt hier op in.
- Pikt signalen op, schat risico’s in.
- Ontwikkelt een onafhankelijk oordeel over mogelijke benaderingen.
- Benut de capaciteiten van medewerkers door ze op hun waarde te schatten.
- Zet bij veel alternatieven voor en tegen tegen elkaar af, alvorens een oordeel te vormen.
- Laat zich niet beïnvloeden, is kritisch naar informatie.
- Stelt op basis van informatie prioriteiten.
- Neemt, ook onder tijdsdruk, geen overhaaste beslissingen, maar laat zich leiden door prioriteiten.
- Onderkent alle mogelijke gevolgen van een beslissing en houdt daar rekening mee.
Probleemanalyse
Competentie
In staat zijn complexe vraagstukken of moeilijke situaties te analyseren en oorzaak en gevolg te onderkennen.
Ontwikkelbaarheid
Probleemanalyse is een lastig te ontwikkelen competentie, omdat deze vooral te maken heeft met intelligentie. Intelligentie is op zich niet ontwikkelbaar. Wel is het mogelijk om meer ervaring op te doen en vanuit kennis van bepaalde typen problemen toch tot een goede probleemanalyse te komen. Dit betekent dus wel dat ontwikkeling veel tijd vraagt. Verder is het wel mogelijk om een meer beschouwende, analytische denkhouding aan te leren.
Doel
In welke situaties merk je bij jezelf beperkingen op het terrein van probleemanalyse? Dus in welke situaties wil jij je probleemanalytisch vermogen vergroten? Wees hierin realistisch en eis niet meer van jezelf dan op grond van je opleiding en ervaring logisch is. Wanneer je deze situaties hebt vastgesteld, maak dan voor jezelf concreet wat je hierin anders wilt doen. Wil je bijvoorbeeld sneller tot een probleemanalyse komen, of wil je tot een betere analyse komen? Per situatie kan dat verschillen.
Ontwikkelacties
Welke concrete acties ga je wanneer ondernemen, uitgesplitst naar de vier manieren om te leren?
Leren door kennis
Er is veel informatie beschikbaar over het onderwerp probleemanalyse in boeken, op internet of door middel van cursussen. Er is dus altijd wel iets te vinden dat qua toonzetting en inhoud aanspreekt. Enkele voorbeelden zijn:
Boeken
“Stap voor stap problemen oplossen” door Richard Chang, Keith Kelly
Internet
Leren door imiteren
Bekijk een probleem waarmee je te maken krijgt eens met iemand waarvan je weet dat hij of zij over een goed probleemanalytische vermogen beschikt. Vraag deze persoon hardop te denken wanneer hij of zij zich in het probleem verdiept. Welke denkstappen maakt deze persoon bij de analyse van de situatie. Kijk samen met deze persoon of er een duidelijk systeem is aan te geven in zijn of haar denkwijze. Dit systeem kun je dan mogelijk zelf ook volgen. Dit kan je helpen om meer structuur in je eigen denkproces aan te brengen. Mogelijk ook dat deze persoon denkstappen benoemt, die jij doorgaans overslaat, maar die toch essentieel blijken te zijn.
Leren door experimenteren
Probeer hetgeen je door imiteren aan ideeën hebt opgedaan zelf toe te passen. Kijk of dit het gewenste effect heeft, dus of je sneller tot een analyse komt, of dat je tot een betere analyse komt.
Leren door inzicht
Zoals gezegd kun je door meer ervaring op te doen je vermogen om problemen te analyseren vergroten. Het is dan ook belangrijk om stil te staan bij je leerervaring. Telkens als je een probleem goed hebt geanalyseerd en opgelost is het goed om te bedenken wat je hiervan hebt geleerd en wat je bij een volgend probleem weer kan gebruiken.
Stellingen
- Dringt snel tot de kern van een probleem door.
- Ziet samenhang in ingewikkelde problemen.
- Belicht een probleem vanuit meerdere gezichtspunten.
- Onderscheidt bij veel informatie een probleem scheiden in hoofd – en bijzaken.
- Reageert snel en alert op problemen.
- Signaleert knelpunten en benoemt ze.
- Gaat systematisch op zoek naar de oorzaken van problemen.
- Zoekt actief naar informatie en achtergronden van problemen door het stellen van vragen.
- Toetst analyse op betrouwbaarheid en volledigheid
- Geeft advies vanuit goed onderbouwde analyses.
- Analyseert een probleem door het op te splitsen in deelvragen.
- Bekijkt bij een groot aantal kleine problemen het als een geheel bekijken en onderkent de gemeenschappelijke oorzaak.
- Gaat dieper op zaken door, is kritisch naar informatie.
- Gaat bij het analyseren van een probleem eerst na of deze problemen zich al eerder hebben voorgedaan.
Probleemoplossend vermogen
Competentie
In staat zijn praktische oplossingen voor concrete vraagstukken te ontwikkelen.
Ontwikkelbaarheid
Deze competentie is niet zo eenvoudig te ontwikkelen omdat het vinden van oplossingen in de praktijk een relatie heeft met verschillende factoren. Het hangt ondermeer samen met intellectuele capaciteiten, pragmatisme en creativiteit en een positieve houding ten opzichte van problemen.
Dit betekent dat inzicht verkrijgen essentieel is, evenals zicht op alternatieven in probleemoplossing. Het vraagt om een flexibele manier van denken, associatief vermogen en het vermogen om logisch na te denken en te redeneren.
Doel
Ga voor jezelf na op welk terrein je in staat wilt zijn om problemen op te lossen. Om wat voor soort vraagstukken gaat het?
Wil je tot een praktische oplossing voor een probleem komen of wil je in staat zijn het probleem vanuit meerdere invalshoeken te benaderen?
Ontwikkelacties
Welke concrete acties ga je wanneer ondernemen, uitgesplitst naar de vier manieren om te leren?
Leren door kennis
Er is veel informatie beschikbaar over het onderwerp probleemoplossend vermogen in boeken, op internet of door middel van cursussen. Er is dus altijd wel iets te vinden dat qua toonzetting en inhoud aanspreekt. Enkele voorbeelden zijn:
Boeken
“Problemen oplossen met creatieve technieken” door Ineke Walravens, Lemma.
Leren door imiteren
Vraag aan collega’s om mee te denken in een lastig probleem. Bespreek welke oplossingen zij zien; welke voor de hand liggende oplossingen zijn er, wat zijn de alternatieven?
Praat verder met een collega die geneigd is om in oplossingen te denken in plaats van problemen of iemand die plezier heeft in het oplossen van puzzels.
Wat motiveert diegene om een probleem als een uitdaging te zien? Welke verbanden legt hij of zij die jij nog niet gezien hebt?
Leren door experimenteren
Begin voor jezelf met het kiezen van een probleem dat herhaaldelijk voorkomt en waarvan de vraagstelling concreet is.
Daag jezelf uit met minstens 5 oplossingen te komen en evalueer deze op een aantal criteria.
Hoe zit het met de praktische haalbaarheid van de oplossing? Wat zijn de voordelen op de korte en op de lange termijn? Kun je gegevens combineren om tot een optimale oplossing te komen?
Leren door inzicht
Ga eens na hoe je in eerste instantie keek naar het vraagstuk: zag je het als een probleem of dacht je na in termen van oplossingen?
Hoe moeilijk was het om meerdere oplossingen te bedenken; zijn de alternatieven even praktisch?
Bekijk welke gegevens je gebruikt en welke informatie je laat liggen. Leg je gemakkelijk verbanden tussen ideeën of kost dat je meer moeite?
In het kiezen voor een oplossing is het belangrijk om na te gaan of jouw oplossing uiteindelijk ook een efficiëntere manier van werken tot gevolg heeft.
Stellingen
- Is oplossingsgericht.
- Heeft plezier in het oplossen van problemen.
- Bedenkt alternatieve plannen en oplossingen voor problemen.
- Denkt niet in problemen, maar in termen van oplossingen.
- Bedenkt oplossingen voor herhaaldelijk voorkomende problemen.
- Combineert gegevens om zo met oplossingen te komen.
- Denkt logisch na, structureert het werk, zodat het werk makkelijker wordt.
- Vindt meerdere oplossingen voor problemen.
- Evalueert oplossingen op korte en lange termijn voordelen.
- Houdt rekening met praktische haalbaarheid van eigen oplossing.
- Kiest een oplossing op basis van beschikbare feitelijke informatie.v
- Bedenkt manieren om efficiënter en effectiever te werken.
- Concentreert zich op dat wat echt belangrijk en urgent is.
Strategie en visie
Competentie
In staat zijn om grote lijnen te zien, te anticiperen op ontwikkelingen, trends en daarin mogelijkheden te zien en te benutten.
Ontwikkelbaarheid
Deze competentie is lastig te ontwikkelen omdat het mede afhankelijk is van het intellectuele vermogen. Daarnaast speelt denkwijze een rol; de mate waarin iemand geneigd is naar de toekomst te kijken en zaken in een breder verband te bezien, zich bezighoudt met trends, ontwikkelingen en toekomstperspectief. Voor mensen die toekomstgericht denken is deze competentie gemakkelijker te ontwikkelen.
Doel
Benoem je doel aan de hand van situaties waarin jij over meer strategie en visie wilt beschikken. Je ontwikkeling op deze competentie kun je het beste meten door regelmatig met personen die over deze competentie beschikken te klankborden en hen om feedback te vragen.
Ontwikkelacties
Welke concrete acties ga je wanneer ondernemen, uitgesplitst naar de vier manieren om te leren?
Leren door kennis
Er is veel informatie beschikbaar over het onderwerp probleemoplossend vermogen in boeken, op internet of door middel van cursussen. Er is dus altijd wel iets te vinden dat qua toonzetting en inhoud aanspreekt. Enkele voorbeelden zijn:
Boeken
“Strategisch Denken: op zoek naar nieuwe helden” door René ten Bos
“Op weg naar een lerende organisatie” door J. Swieringa, A.F.M. Wierdsma
Boeken of artikelen op het vakgebied waarin je werkzaam bent.
Cursussen/Workshops
Bijeenkomsten van brancheorganisaties, beroepsverenigingen, debatingclubs, workshop ‘Strategisch HRM’ (ORGA).
Leren door imiteren
Vraag aan anderen welke visie zij hebben, hoe zij de toekomst zien en vinden dat daarop geanticipeerd dient te worden. Een mooie gelegenheid hiervoor is vaak de borrel na afloop van een training of workshop waaraan je hebt deelgenomen. Vraag ook aan mensen die je bewondert om hun visie hoe zij deze hebben ontwikkeld en aangescherpt. Daarnaast kan je, waar mogelijk, samenwerken met mensen die deze competentie goed hebben ontwikkeld en de kunst van hem of haar afkijken. Verder is het leerzaam brainstormsessies met als onderwerp strategie of toekomstvisie te beleggen. Dit met directe collega’s of juist met mensen die totaal andere belangen hebben dan jijzelf.
Leren door experimenteren
Onderneem waar mogelijk actie om op toekomstige ontwikkelingen te anticiperen en ervaar welke gevolgen dit heeft. Begin met acties waaraan weinig risico is verbonden of bespreek je plannen bijvoorbeeld met je leidinggevende. Verder kan je experimenteren met deze competentie door businesscases te behandelen.
Leren door inzicht
Neem de rust om na te denken over de toekomst, trends en ontwikkelingen in de markt. Hoe zou je daarop kunnen anticiperen? Probeer daarbij afstand te nemen van de dagelijkse praktijk, buiten de bestaande kaders en regels, en te denken in mogelijkheden en niet in beperkingen. Bespreek met anderen jouw ideeën en visie en vraag naar hun mening hierover om inzicht te verkrijgen in je eigen gedachtegang. Denk verder na over wat je gelezen en gehoord hebt in workshops of brainstormsessies.
Stellingen
- Is op de hoogte van externe ontwikkelingen en stemt lange termijn plannen daarop af.
- Heeft overzicht over de activiteiten van de organisatie en beïnvloedt deze in de gewenste richting.
- Formuleert strategieën waarin rekening wordt gehouden met veranderende behoeften en prioriteiten.
- Ontwikkelt effectieve verkoopstrategieën voor de doelgroep.
- Gebruikt trends uit het heden en verleden bij het bepalen van lange termijn doelen.
- Gaat uit van sterktes en zwaktes van de organisatie bij het bepalen van lange termijn doelen.
- Houdt bij het ontwikkelen van een strategie rekening met afbreukrisico.
- Houdt bij het ontwikkelen van een strategie rekening met lange termijn en korte termijn.
- Maakt keuzes. Houdt daarbij rekening met wat goed is voor de organisatie.
- Kan hoofdzaken van bijzaken onderscheiden bij het bepalen van een strategie.
- Zorgt ervoor dat de organisatie onderscheidend is in haar visie.
- Creëert duidelijkheid voor de organisatie en externe relaties.
- Draagt een inspirerende visie op het werk en de toekomst van de organisatie uit.
- Onderneemt activiteiten om de medewerkers van de organisatie te informeren over de organisatie.
- Formuleert weloverwogen en evenwichtige strategieën.